Mosselen

Het nog eens aan de wal geprobeerd. Ditmaal ovenist op een glasoven bij ISOVERBEL te Etten Leur, maar na enige tijd begon het weer te kriebelen, en kon ik in Amsterdam de Triton van rederij Beck van de werf halen, die na een gasfles ontploffing in de stuurkamer weer gerepareerd was ook geheel nieuwe accomendatie. Mijn voorganger is helaas met deze explosie om het leven gekomen. Na een half jaartje met meestal graanreisjes was ik thuis in Vlissingen, en kwam in contact met kapitein Th. Dijkhuizen, die een machinist zocht voor zijn zee sleepertje Temi III, een vooroorlogse duitse sleepboot met een 800 pk MAK Omkeerbare diesel moter. Dit was wat anders dan een gezappig kustertje, wij lagen weken op station op de buitenpier vlak voor de belgische sleper ''Scaldis'', en dus onze concurent. Als er een ''job'' in zicht was stoven wij naar buiten, meestal vòòr deze veel grotere en sterkere sleeper, tot schacherijn van die belgen, met wie ik overigens goed op kon schieten. Die ouwe Temi kon aardig vaart maken, vooral met een extra kabeltje aan de brandstofpompen regelstang, die indien nodig vol uitgetrokken werd (GEEN STANDAARD ITEM) maar soms nodig. Mijn baas vond dat het manoevreren te langzaam ging, het vooruit naar achteruit duurde telang vanwege het omdraaien van de nokkenas door een zuiger, in buffertank op luchtdruk, maar met gebruik van een dunnere viscositeit olie ging het later uiterst vlug, soms beangstigend, als de cilinder beveiligingskleppen met een harde knal open sloegen, maar snel manoevreren was dikwijls nodig in de sleepvaart. In het najaar van 1966? moesten wij enige walvisjagers op gaan halen ,die in een fjord bij Tönsbergen in Noorwegen voor anker lagen, Theo (kapt/eigenaar) wilde er drie overslepen, er lagen er vijf als ik mij goed herrinner, maar mocht er maar twee klaarmaken van de verzekering. De schepen moesten naar een sloper in Belgie. De ankerkettingen werden via ons hekspil klaar gemaakt en zaten vol met grote mosselen, van die mooie oranje van binnen, nou daar moest van gesmuld worden en ook in het zuur inmaken. Inmiddels lag er al een aardig pak sneeuw in Noorwegen, dus moest er gesleet worden door onze bemanning.Men had een stoelslee opgeduikeld, zo een met van die dunne glijders, waarmee de achterop staande mee kon sturen, zo hoorde dat tenminste. Ik als slachtoffer heb dat anders ervaren..

De schoffies hebben mij als inzittende van de slee, de aflopende landweg afgeduwd en losgelaten, waarna ik met een noodgang de weg af suisde en in een heg belande. Lol....

De andere achtermiddag werden onze kapitein en ik uit genodigd voor voor een snak bij de agent thuis. Kappie had al van de mosselen geproefd en was ''lichtelijk aan de schijterij'' zei hij en wilde eigenlijk niet te ver van een WC verdagen. Ik heb hem toch overgehaald en met een fles jenever onder de arm en een halve rol wc papier in de zak, zijn wij in het autootje van de agent weggereden, Ging goed over de dik besneewde weg tot de nood kreet ...STOPPEN!! van het Gezag klonk. De auto was nog niet tot stilstand gekomen of stuurboord deur was al geopend  en werd er een nieuwe ditmaal bruine rij streep geproduceerd op het hagelwitte wegdek. De agent begon bedenkelijk te kijken, maar toen we aangekomen en (op eigen verzoek) onze kapitein dicht bij de wc deur geplaatst hebben is het verder rustig gebleven, en hebben we een leuke avond gehad .

Wij zijn uit Tönsberg vertrokken met goede weersverwachting voor de komende dagen  en de sleep uit gezet met rekkers en stalen trossen, maar onder de Deense kust werd het toch zwaar weer en zo erg dat we de beide jagers ten anker moesten leggen .Wij kwamen zelf ook ten anker en het weer werd zo slecht windkracht 9 zodat met krabbend anker de twee jagers naar de kust verdaagden,dit zagen wij op de radar. Er was niets aan te doen en in de morgen zijn wij met vliegende storm van achter inkomend , ter hoogte van de Limfjorden een klein vissershaventje ingevlucht (naam vergeten). De volgende dag naar het strand getogen en kwamen op het duin al een sloep tegen. De jagers lagen op hun zij hoog op het strand en daar zijn ze later denk ik gesloopt.Wij hebben onze kostbare nylon rekkers geborgen met behulp van een tractor en vrachtwagen aan boord gehaald en schoon gemaakt met chemicaliën, ze zaten flink onder de stookolie, ons electrisch aangedreven hekspil was onbruikbaar door lekkage van het overkomend zeewater en werd alvast naar holland getransporteerd, wij zelf zijn ook thuiswaards gevaren, met ''losse boot''.

Marinus Hoogedoorn